Doelstellingen van de psychosociale revalidatie
De belangrijkste therapeutische doelstellingen van die instellingen zijn om een “sociaal ongepaste situatie” door een psychiatrische pathologie te verhelpen. Dat betekent dat ze situaties aanpakken waarin de problematiek tot een verandering van de psychische en relationele functies met negatieve sociale gevolgen leidt (sociale terugtrekking, verlies van werk, apragmatisme, onaangepast sociaal gedrag, intrafamiliale conflicten, gebrek aan autonomie, marginalisering, enzovoort).
De praktische revalidatie werkt aan de gevolgen van functionele (en geen organische) stoornissen van de psychosociale aanpassing, waarvoor een behandeling met geneesmiddelen louter palliatief en niet direct curatief is. Voor psychische stoornissen die tot een handicap en sociale invaliditeit leiden, moet de revalidatiebehandeling zowel psychosociaal als medisch zijn, met de sociale revalidatie (in de zin van opnieuw bekwaam worden) als resultaat. Deze revalidatie gebeurt tijdens de volledige duur van de behandeling en niet enkel op het einde ervan.
Psychosociale revalidatiebehandeling
De revalidatie is onlosmakelijk verbonden met het begrip behandeling aangezien deze zich richt tot personen met veelzijdige, complexe en langdurige (dus geen acute) pathologieën, waarvan een sociaal ongepaste situatie een van de kenmerken is.
Het doel ervan is om de patiënten intensief te begeleiden naar de verwerving en/of de recuperatie van hun relationele en sociale bekwaamheden zodat zij maximaal, op lange termijn, actief en met burgerzin kunnen deelnemen aan de maatschappij.
In die zin stemt het overeen met de definitie van psychosociale revalidatie die de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) geeft als onderdeel van de geestelijke gezondheidszorg.
Zorg ‘op maat’ die aansluit bij het leven van de patiënt.
Deze op de patiënten toegespitste praktijk, die oog heeft voor hun rechten en behoeften, steunt op een individuele en globale aanpak van de problematiek van de patiënten in hun sociale, familiale, professionele, burgerlijke, culturele en niet louter medische dimensies. Ze steunt op de ontwikkeling van de persoonlijke veerkracht van de patiënten en hun omgeving na een evaluatie van hun reële capaciteiten en op de invoering van een partnerschap met deskundigen.
Kleine zorgeenheden die in de wijk kaderen.
Deze methode wordt het best toegepast in onze centra omdat het kleine zorgeenheden zijn die in het sociale weefsel van de wijk kaderen en waarvan het interne collectieve leven zich opent naar en verbindt met het sociale leven buiten.
Multidisciplinaire teams en interdisciplinariteit
Multidisciplinaire teams (arts, psycholoog, maatschappelijk assistent, ergotherapeut, kinesitherapeut, logopedist, opvoeder, artiest, professionele coach) die interdisciplinair werken, houden trouwens rekening met alle problematische dimensies van de patiënten en werken via hun creativiteit aan hun revalidatie.
Intensieve behandeling van beperkte duur en met de actieve deelname van de patiënt.
Het is dus een intensieve behandeling die op de actieve deelname van de patiënt steunt en beperkt is in de tijd. Het is niet de bedoeling om de patiënten permanent bezig te houden of te steunen, maar om ervoor te zorgen dat ze opnieuw hun leven in handen nemen, een autonoom en aangepast leven kunnen leiden in de valoriserende rollen die ze zelf kiezen (activiteit, werk, vrijwilligerswerk, familie, enz.) door hun institutionele afhankelijkheid of systematische hospitalisaties zoveel mogelijk te beperken.
De kandidaatstelling voor de inschrijving van een patiënt in een revalidatiebehandeling helpt ook voor een relevante oriëntatie dankzij de uitstekende kennis die de revalidatiecentra hebben opgebouwd van de plaatselijke bronnen aan diensten en zorg, maar ook van de tewerkstellingsdiensten, activiteiten, enz.
Specifieke kenmerken en complementariteit
De psychosociale revalidatiecentra zijn onafhankelijk van de ziekenhuizen, de initiatieven beschut wonen, de psychiatrische verzorgingstehuizen en de geestelijke gezondheidsdiensten.
Hun zorgaanbod is specifiek, complementair en wordt voortdurend afgestemd op de andere zorgstructuren.
Diversiteit van de revalidatiecentra
Er is een divers revalidatie-aanbod aangezien de overeenkomst van elk centrum met het RIZIV op een specifiek therapeutisch project in verband met de plaatselijke behoeften steunt en zich aan de evolutie ervan kan aanpassen.
Laat ons niet vergeten dat die zorgstructuren bedacht en opgebouwd werden vanuit de praktijk, waar de behoefte tastbaar is en dus dichtbij het leven van de patiënten, wat een van de doelstellingen van het beleid inzake geestelijke gezondheidszorg is. Ze worden gekenmerkt door een groot aanpassingsvermogen aan de behoeften van de patiënten in de loop van hun behandeling en, breder, in functie van de evolutie van de maatschappelijke behoeften: doelpubliek, methodes en doelstellingen.
Ons zorgaanbod is uiteenlopend
- Inzake het nastreven van de revalidatiedoelen (residentieel dag en nacht, residentieel nacht, (avonden, nachten en weekends), volledige of halve dagen, minimaal/maximaal aantal opvangdagen, theoretische referenties, samenstelling van de teams, therapeutische specialisaties, inhoud van de revalidatieprogramma’s enz.)
- Inzake de revalidatiedoelen biedt de diversiteit aan institutionele therapeutische projecten een waaier aan overeenkomsten met heel interessante complementaire, prioritaire visies: psychotherapeutische behandelingen (individueel of in groep), sociotherapie, verwerven van capaciteiten die in verschillende domeinen van de autonomie nodig zijn (basis, residentieel, communautair, sociale communicatie, verplaatsingen, elementaire kennis, enz.), cognitieve remediëring, psycho-educatie over de kennis van de eigen aandoening, de opvolging van de behandeling, lichaamshygiëne, eetgewoonten, risicovol seksueel gedrag), opleiding en zoeken naar werk, werk rond de sociale band, ontwikkeling van de creativiteit, intensieve nachtelijke ondersteuning om de sociale betrokkenheid overdag te handhaven enz.
- Wat de patiënten betreft: Hoewel de patiënten op wie de revalidatie zich focust, doorgaans kunnen worden beschreven als personen met een mentale ziekte die hun plaats niet vinden in de maatschappij, stellen de centra verschillen vast in pathologietypes, hun complexiteit en zelfs hun chronisch karakter en in de omvang van de sociale problemen die zich stellen. Voorts zijn er nog andere belangrijke verschillen die in aanmerking genomen moeten worden, zoals de levensfase of het tijdstip van het zorgtraject van de patiënt waarin de revalidatie past, maar ook de verschillen qua socio-economisch niveau, onderwijs of eventuele andere stoornissen van de patiënten (mentale handicap, verslavingen, delinquentie, maatregelen van sociaal verweer enz.).
Waarom die diversiteit?
- Dankzij die diversiteit tussen de centra kan er voor alle patiënten een individueel programma op maat worden gemaakt dat zo goed mogelijk inspeelt op hun capaciteiten en behoeften en zo dicht mogelijk bij hun woonplaats.
- Dankzij die diversiteit krijgen alle patiënten toegang tot revalidatiezorg op voorwaarde dat ze een dergelijke behandeling vragen (dat wil zeggen dat ze vrijwillig in een revalidatieprogramma stappen) en op voorwaarde dat de behandeling gepast blijkt te zijn na analyse van de vraag (via het voorafgaand onderzoek van de kandidaturen die elk centrum krijgt).
- We benadrukken nogmaals dat de diversiteit tussen de centra meestal ook een antwoord is op regionale behoeften en kenmerken in rechtstreeks verband met de bestaande/ontbrekende zorguitrusting of omwille van plaatselijke sociaal-economische-demografische kenmerken.
- Het is tot slot nuttig te benadrukken dat dit diverse dienstenaanbod de therapeutische keuzevrijheid van de patiënten garandeert.
Schematische weergave
Kortom, we kunnen ons revalidatiezorgaanbod omschrijven als een reeks intensieve behandelingen (ovaal van het schema) die in een dergelijk schema passen:
Uit dit schema blijkt dat het onderdeel ‘psychosociale revalidatiecentra’ op twee assen staat: een tijdas en een as intensiteit van de zorg.
Deze ‘ovaal’ stemt overeen met het domein van de psychosociale revalidatie, bevat intersecties met de verschillende bestaande onderdelen van het zorgaanbod en zou ook thuishoren op de intersectie van de mobiele teams en andere diensten die in de nieuwe projecten van de psychiatrische hervorming zouden worden ontwikkeld. Het ovaal kan min of meer groot zijn, afhankelijk van de vereiste duur van de revalidatie en het belang van de betrokken partners.
We merken ook en vooral het typische feit op dat de organisaties van de maatschappij bevat, zoals arbeid (inclusief aangepaste arbeid en vrijwilligerswerk), beroepsopleiding, de centra voor bezigheidsactiviteiten, huisvesting, cultuur, sociale hobby’s, sport, verenigingsleven, enz. in het bovenste deel van het ovaal staan (doelstellingen van onze behandelingen). Dit onderdeel van de ‘revalidatie’ bekleedt een centrale, tussenliggende, transversale positie tussen het huidige en toekomstige diensten- en zorgaanbod en zou de coördinatie ervan vergemakkelijken.
Onder deze vorm zou de diversiteit van onze centra, afhankelijk van het gebied, gekenmerkt worden door de breedte van het ovaal (welke acties voeren alle centra in een gegeven gebied) en door de grootte van elk van de intersecties met een ander aanbod of dienst (wat zijn de prioriteiten, wat is het doelpubliek enz.).